Veel
gestelde vragen
Kan
ik de ziekte krijgen van iemand?
De
ziekte van Creutzfeldt-Jakob is niet een besmettelijke
ziekte zoals griep of mazelen. Het verzorgen van een
patiënt levert geen gevaar op voor besmetting. Huidcontact,
speeksel, tranen, zweet, urine, ontlasting en sexueel
contact dragen de ziekte niet over.
Waarom
heeft mijn familielid of kennis de ziekte gekregen?
In
het merendeel van de gevallen is de oorzaak van de
ziekte niet bekend, zodat niemand een antwoord heeft
op deze vraag. Er is de afgelopen jaren uitgebreid
onderzoek gedaan om te bekijken of er verband bestaat
met doorgemaakte ziekten, medische behandeling, beroepen
(gezondheidszorg, land- en tuinbouw), eetgewoonten,
maar een duidelijke relatie kon niet worden aangetoond.
Kan
ik de ziekte krijgen van voedsel of dieren?
Het
vóórkomen van de sporadische vorm van de
ziekte ligt over de hele wereld op een constant niveau,
ook in landen die vrij zijn van scrapie of BSE. Er
is geen bewijs dat de sporadische vorm van de ziekte
wordt overgedragen via dieren. Als de mogelijkheid
van de spontane vormverandering van het prion inderdaad
juist is (zie hoofdstuk IV), dan is geen enkele vorm
van infectie uit de omgeving verantwoordelijk voor
het krijgen van de ziekte. Het antwoord op de vraag
is hier dus "nee".
De
nieuwe vorm wordt met een grote mate van
waarschijnlijkheid wèl overgedragen door met BSE besmette
rundvleesprodukten. Hoeveel personen in het Verenigd
Koninkrijk (het land met de grootste BSE epidemie)
zijn besmet, is niet duidelijk. Schattingen lopen
uiteen van enkele honderden tot meer dan duizenden. Tot op heden zijn er in Nederland twee patienten gezien met vCJD.
In andere landen waar BSE wordt gevonden bestaat een
(theoretisch) risico dat
rundvleesconsumenten
besmet zijn. Er wordt in deze landen nauwlettend in
de gaten gehouden of patiënten de nieuwe vorm van
de ziekte van Creutzfeldt-Jakob ontwikkelen. In alle
landen gelden inmiddels strikte regels voor het slachten
en de controle van runderen. Zolang BSE echter bestaat,
blijft er een (zeer) minimaal risico op de overdracht
van prionziekten.
Heeft
de patiënt pijn?
Sommige
personen klagen in het begin over hoofdpijn of een
"bandgevoel"om het hoofd. In een later stadium kan
een patiënt door langdurig in dezelfde houding te
zitten zich onplezierig voelen. De ziekte zelf veroorzaakt
echter geen pijn, ook al lijken de slaande bewegingen
en onrust van vele patiënten dit te suggereren.
Hoe
weet ik zeker dat de ziekte niet erfelijk is in onze
familie?
Slechts
bij een klein aantal patiënten is er sprake van een
familiaire vorm. Het grootste deel van de families
met de erfelijke vorm weet dat de ziekte van Creutzfeldt-Jakob
in de familie voorkomt. In deze families kan de helft
van de familieleden de ziekte krijgen en wordt van
generatie op generatie de ziekte gezien. De
kans om in een familie van een patiënt met de ziekte
van Creutzfeldt-Jakob, waar géén andere familieleden
bekend zijn met dit beeld, een afwijking in het erfelijk
materiaal te vinden, is klein. Familieleden bij wie
ondanks deze kleine kans ongerustheid blijft bestaan,
kunnen bij een klinisch geneticus verder worden geïnformeerd
over de mogelijkheid hun DNA op erfelijke afwijkingen
passend bij de ziekte van Creutzfeldt-Jakob te laten
onderzoeken.
Waarom
wordt in Nederland de obductie meestal in Utrecht
uitgevoerd?
Tijdens
de obductie (het weefselonderzoek na de dood) kan er
hersenvocht weglopen. De hersenen en het hersenvocht
zijn besmettelijk. In het laboratorium in Utrecht is
een speciale kamer gebouwd om besmetting van materialen
en personen te voorkomen. Het onderzoek in Utrecht duurt
niet veel langer dan een obductie in een lokaal ziekenhuis
en wordt gesubsidieerd door het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport. |